Aan de bovenzijde links en rechts de tweeling Floris en Laurus. Zij waren steenhouwer en kregen omstreeks 125 na Christus de opdracht een heidense tempel te bouwen. Toen die klaar was wijdden zij hem aan Christus. Daarop werden zij gemarteld en in een diepe put geworpen. De put vulde zich met water en werd drenkplaats voor paarden.

Tussen hen in St. Nicolaas en St. Blasius (beschermheilige van veeteelt en huisdieren). In het midden de aartsengel Michaël met mandylion (doek waarmee Jezus tijdens de kruistocht naar Calvarië zijn bebloede en bezwete gezicht afdroogde).

Aan de onderzijde de zogeheten Cappadocische  drieling die een kudde paarden naar de drenkplaats leiden.